Samenvatting
Mijn moeder zorgt al jaren voor mijn vader met dementie en wilde lange tijd alles zelf doen. Daardoor raakte ze overbelast, kwam nauwelijks nog buiten en had vaak ruzie met mijn vader. Uiteindelijk bleek dagbehandeling de oplossing, maar inmiddels is mijn vader een stuk passiever en wil hij niet meer. Iedere ochtend vergt het weer veel overredingskracht om hem de bus in te krijgen en voor mijn moeder wordt het te zwaar om elke keer dit gevecht aan te gaan. Maar als hij weer hele dagen thuis zou zijn, kan zij het echt niet meer aan. Bovendien, als hij er eenmaal is, vindt hij het nog steeds erg leuk en doet hij actief met alles mee. Wat moeten we doen?
Avoid common mistakes on your manuscript.
Het belangrijkste is dat uw vader het nog steeds erg leuk vindt als hij eenmaal op de dagbehandeling is. Blijven gaan is daarom mijn advies. Maar het is wel goed om uit te zoeken waar zijn weerstand vandaan komt. Is er bijvoorbeeld een andere chauffeur of is het vervoer anders? Of mogelijk weet uw vader door het voortschrijden van zijn dementie niet meer waar hij naartoe gaat. Dus maak foto’s van de dagbesteding en laat die zien voordat hij ’s ochtends wordt opgehaald.
Daniella de la Fuenta, casemanager
Weer zo’n dilemma waarvan je zegt: ik kan het precies aanvoelen, maar om er een goede oplossing voor te bedenken is niet zo eenvoudig. Als deze meneer op de dagbehandeling leuke knutselwerkjes maakt, zou het misschien een optie kunnen zijn om die mee naar huis te geven zodat hij ze de volgende keer mee terug kan nemen om af te maken. Dat zou het voor hem concreter en herkenbaarder kunnen maken. Een andere optie – indien tenminste praktisch mogelijk – is wellicht om hem niet met dat busje naar de dagopvang te brengen maar met een andere auto.
Ruud Sijmons, mantelzorger
Ik begrijp beiden. Iedere ochtend opnieuw het busje in, de volgende ophalen, deur open en weer wachten… Dat is echt geen pretje, zeker in de winter niet. Zelf heb ik dit ook meegemaakt en ik werd er heel onrustig van. Ik wilde ook niet meer worden opgehaald, maar omdat ik mijn mantelzorger zo veel mogelijk wilde ontzien, ging ik toch. Met tegenzin.
Suus Joosten, ervaringsdeskundige (heeft Lewy Body Dementie)
Overredingskracht in de ochtend kost uiteindelijk minder energie dan het thuisblijf-scenario zou vergen. Om je kans op instemming te vergroten kan het zinvol zijn bepaalde gesprekstechnieken te gebruiken die elders hun waarde hebben bewezen. Bijvoorbeeld zelf al ‘ja’ knikken wanneer je de persoon met dementie iets vraagt waarop je een bevestigend antwoord verwacht. Of schotel de ander de ‘illusie van de keuze’ voor: ‘Ga je vandaag het liefst voor- of achterin zitten in het busje naar de dagbehandeling?’ Zo vergroot je de eigenwaarde van de ander en creëer je bewegingsruimte voor jezelf.
Kasper Bormans, communicatiedeskundige
Vergelijkbare situaties komen we op de dagbehandeling tegen waarbij ik betrokken ben als psycholoog. Soms kunnen mensen met dementie zich thuis geen voorstelling meer maken van waar ze heen gaan. In het geval van uw vader lijkt het erop dat de ‘startknop’ niet goed meer werkt en hij stimulans van buiten nodig heeft om in beweging te komen. Helaas is uw moeder te ‘eigen’ om hem te motiveren. Een oplossing kan dan zijn om een medewerker van de dagbehandeling te laten bellen om hem uit te nodigen en daarbij te vertellen dat de bus hem zo komt halen. Daarmee hebben wij goede ervaringen opgedaan.
Maaike Appels, gz-psycholoog
Het belang van uw dementerende vader om thuis te blijven wonen met uw moeder weegt zwaarder dan zijn tegenzin ’s ochtends om naar de dagbehandeling te gaan. Die tegenzin is slechts van betrekkelijk gewicht omdat hij het er leuk vindt als hij er eenmaal is. Zijn dementie maakt het moeilijk voor hem om zijn eigen belangen en die van zijn vrouw helder te blijven zien. Dat betekent dat jullie een stukje van de besluitvorming moeten overnemen. In zijn eigen belang.
Dorothea Touwen, ethica
Author information
Authors and Affiliations
Rights and permissions
About this article
Cite this article
Hoogeveen, F., Willemse, B. ‘Nee, ik wil niet in die bus’. Denkbeeld 30, 29 (2018). https://doi.org/10.1007/s12428-018-0172-0
Published:
Issue Date:
DOI: https://doi.org/10.1007/s12428-018-0172-0