Samenvatting
Doel
In Nederland heeft de verloskundige of de gynaecoloog de regie over de zorg bij zwangerschap, bevalling en kraambed, maar de huisarts blijft ook voor zwangeren een belangrijke zorgverlener. Wij vergeleken het gebruik van huisartsenzorg (contacten, gestelde diagnoses, medicatievoorschriften en verwijzingen) door zwangere vrouwen met dat door niet-zwangere vrouwen.
Methode
Op basis van gegevens uit de NIVEL Zorgregistraties eerste lijn voerden wij een longitudinale analyse uit op de gegevens van 15.123 zwangere en 102.564 niet-zwangere vrouwen van 15-45 jaar, geregistreerd door 84 Nederlandse huisartsenpraktijken over de periode 2007-2009.
Resultaten
Zwangeren hadden tijdens de zwangerschap gemiddeld 3,6 contacten met de huisarts (consult, telefonisch, huisbezoek), niet-zwangere vrouwen hadden in een vergelijkbaar tijdsbestek 2,2 contacten. Van de zwangeren had 35% geen enkel contact met de huisarts, van de niet-zwangere vrouwen 50%. Bij zwangeren waren de meest geregistreerde diagnoses ‘zwangerschap’ en ‘urineweginfectie’, bij niet-zwangere vrouwen waren dit ‘urineweginfectie’ en ‘andere gegeneraliseerde/niet gespecificeerde ziekte’. Zwangeren kregen gemiddeld 2,1 medicatievoorschriften, niet-zwangere vrouwen 4,4. Zwangeren werden het vaakst verwezen naar een verloskundige of gynaecoloog, niet-zwangere vrouwen het vaakst naar een fysiotherapeut.
Conclusie
De huisarts is voor zwangeren weliswaar niet de centrale, maar wel een belangrijke zorgverlener. Daarom is het noodzakelijk dat de rol van de huisarts in de verloskundige zorgketen versterkt wordt en dat in de opleiding meer aandacht besteed wordt aan verloskundige kennis.
Literatuur
Wiegers TA, Janssen BM. Monitor verloskundige zorgverlening: eindrapport. Utrecht: NIVEL, 2006.
Beentjes MM, Weersma RLS, Koch W, Offringa AK, Verduijn MM, Mensink PAJS, et al. NHG-Standaard Zwangerschap en kraamperiode (tweede herziening). Utrecht: NHG, 2012
Trompert CA, Boek M, Groenier KH, Koelewijn JM, Baarveld F. Algemeen verloskundige taken van de huisarts: een onderzoek naar de behoefte aan verloskundig onderwijs tijdens de huisartsopleiding. Tijdschrift voor Medisch Onderwijs 2010;29:245–51.
Stirbu-Wagner I, Dorsman SA, Visscher S, Davids R, Gravestein JV, Abrahamse H, et al. Feiten en cijfers over huisartsenzorg in Nederland. Utrecht: NIVEL/LINH, 2010.
Author information
Authors and Affiliations
Additional information
VUmc, afdeling Midwifery Science, EMGO+ Instituut voor Gezondheid en Zorg, en Academie Verloskunde Amsterdam Groningen (AVAG), Dirk Huizingastraat 3-5, 9713 GL, Groningen: dr. E.I. Feijen-de Jong, verloskundige-onderzoeker. Huisartsopleiding Nederland/Schola Medica, Utrecht: dr. F. Baarveld, huisarts. UMC Groningen, afdeling Gezondheidswetenschappen/Sociale Geneeskunde, Groningen: dr. D.E.M.C. Jansen, universitair docent; prof.dr. S.A. Reijneveld, hoogleraar Sociale Geneeskunde. NIVEL, Utrecht: dr. J. Ursum, senior onderzoeker; prof.dr. F.G. Schellevis, hoofd onderzoeksafdeling (tevens hoogleraar Huisartsgeneeskunde aan het VUmc, afdeling Huisartsgeneeskunde en Ouderengeneeskunde, Amsterdam)
Dit artikel is een vertaalde en bewerkte samenvatting van Feijen-de Jong EI, Baarveld F, Jansen DE, Ursum J, Reijneveld SA, Schellevis FG. Do pregnant women contact their general practitioner? A register-based comparison of healthcare utilisation of pregnant and non-pregnant women in general practice. BMC Fam Pract 2013;14:10. Publicatie gebeurt met toestemming.
About this article
Cite this article
Jong, Ed., Baarveld, F., Jansen, D. et al. Ook zwangeren gaan naar de huisarts. Huisarts Wet 58, 574–576 (2015). https://doi.org/10.1007/s12445-015-0309-9
Published:
Issue Date:
DOI: https://doi.org/10.1007/s12445-015-0309-9